Stoppen met drinken dag 5 en 6 in Rotterdam: Slaap, Spanning en Zorg
De afgelopen twee nachten heb ik eindelijk goed geslapen! Wat een verademing. Of het nou door mijn alcoholvrije periode komt of door de antidepressiva—geen idee. Maar ik hoop vooral dat het zo doorgaat, want ik heb echt weer behoefte aan wat rust. Vandaag was pittig, maar we komen er wel.
Tweede Kerstdag: Even Geen Energie
Alcoholvrij Dag 5, Tweede Kerstdag, was er eentje waarop ik weinig energie had. Vrienden hadden afgesproken om de stad in te gaan, maar ik voelde me totaal niet in de stemming. De vermoeidheid van de afgelopen dagen hing nog zwaar op me, en het was moeilijk om me in de feestvreugde in te leven. Ik besloot mijn eigen plan te trekken en gaf mezelf de ruimte om even uit te rusten.
Het was een rare ervaring. Normaal gesproken zou ik er altijd bij zijn, maar het voelde niet goed om mezelf op te dringen aan de sociale verplichtingen. Soms moet je gewoon luisteren naar wat je lichaam je vertelt, en dat was voor mij: rust nemen.
Slaap en Spanning: De Reis naar Rotterdam
Vanmorgen stapte ik vroeg in de auto richting Rotterdam, op weg naar het academisch ziekenhuis. Ik blijf daar een nachtje logeren om er voor M. te zijn. M. is mijn beste vriendin—mijn BFF—en ik zou echt álles voor haar doen. Terwijl ik reed, spookten er allerlei gedachten door mijn hoofd. Hoe zou ze zich voelen? Hoe zou het daar zijn? Het idee dat ik haar misschien een beetje steun kan bieden, gaf me in elk geval het gevoel dat ik iets nuttigs kon doen.
Het is niet eenvoudig om je vriendin te zien gaan door een moeilijke tijd. Ik wil er voor haar zijn, en ondanks dat ik zelf soms worstel met mijn eigen gedachten, weet ik dat het belangrijk is om er voor M. te zijn. Toen ik eindelijk in Rotterdam arriveerde, voelde ik zowel opluchting als spanning—de steun die ik kon bieden voelde als iets kleins, maar misschien net groot genoeg om het voor haar iets draaglijker te maken.
Het Daniel den Hoed Familiehuis: Een Oase van Rust voor Families
Eenmaal in Rotterdam begon ik bij het Daniel den Hoed Familiehuis, dat verbonden is aan het academisch ziekenhuis. Het is echt een bijzondere plek, zo ontzettend goed doordacht voor families die in moeilijke tijden verkeren. Het Familiehuis is een oase van rust te midden van alles wat er gebeurt in het ziekenhuis. Toen ik mijn spullen daar neerzette, was ik meteen onder de indruk van hoe goed alles geregeld is. De kamers zijn mooi, ruim, en voorzien van alles wat je nodig hebt. Het voelde meteen als een veilige, comfortabele plek om even op adem te komen.
Wat me vooral opviel, was de volledige keuken die in het familiehuis aanwezig is voor alle gasten. Het is geweldig hoe families hun eigen maaltijden kunnen bereiden. Er zijn volledige kookfaciliteiten, inclusief een oven, kookplaat en een vaatwasser—alles is er om het zo gemakkelijk mogelijk te maken. In zo’n stressvolle tijd is het heerlijk om te weten dat je niet steeds uit eten hoeft te gaan of afhankelijk bent van ziekenhuisvoedsel. Je kunt gewoon zelf koken, zoals je thuis zou doen. En dat is niet alleen praktisch, maar het geeft ook een stukje normaal leven terug, iets waar je zo naar verlangt als je alles uit handen moet geven in een ziekenhuisomgeving.
Daarnaast werd ik geraakt door de vrijwilligers die hun tijd en energie inzetten voor de families die hier verblijven. Wat een bijzondere mensen! Ze zorgen voor kleine gebaren die een wereld van verschil maken: of het nu gaat om het delen van een vriendelijk woord, het aanbieden van een luisterend oor, of het helpen met praktische zaken. Ze doen hun werk met zoveel zorg en aandacht, en je merkt dat ze echt begrijpen hoe belangrijk het is om families in moeilijke tijden wat verlichting te bieden. Ik ben ontzettend dankbaar voor deze vrijwilligers, die vaak onzichtbaar hun werk doen en toch zo’n groot verschil maken.
Het Ziekenhuis: Strikte Maatregelen en Kleine Gebaren
Toen ik het ziekenhuis binnenging, viel meteen op hoe strikt de maatregelen zijn. Bij binnenkomst moesten we door een soort “sluis” om onze handen te ontsmetten en onze jassen af te nemen, om de kans op bacteriën te verkleinen. Ook ik moest mijn sieraden afdoen, omdat alles wat ik draag een risico kan vormen op besmetting voor B. Het was even onhandig, want mijn armbanden zaten behoorlijk vast, maar gelukkig kreeg ik hulp van een verpleger die me geduldig hielp. Het was misschien ongemakkelijk, maar het maakte me ook bewust van hoe serieus ze hier omgaan met hygiëne en veiligheid.
Veiligheid in ziekenhuizen is essentieel om infecties te voorkomen, en dat geldt voor zowel de patiënten als voor de bezoekers. Al deze maatregelen dragen bij aan het welzijn van iedereen, en ik ben blij dat het ziekenhuis zulke strikte regels volgt om de kans op besmettingen te verkleinen.
B. ligt momenteel in een kamer van slechts 3×3 meter. Een ruimte die hij voorlopig wekenlang niet mag verlaten vanwege zijn behandelingen en kwetsbare gezondheid. Het idee dat hij zo’n lange tijd in zo’n kleine ruimte moet doorbrengen, terwijl de wereld buiten doorgaat, is hartverscheurend. De kamer is heel basic, maar goed verzorgd. Er is een bed, een klein bureau en wat meubels, maar het voelt allesbehalve een plek om lang te verblijven. De muren lijken de spanning van de ziekte en de behandelingen te reflecteren, maar gelukkig is er in deze kamer wel het noodzakelijke comfort, dat B. zo hard nodig heeft.
Emoties in Bedwang
Wat ik vandaag erg moeilijk vond, is dat ik niet kan huilen. Van binnen voel ik de emoties wel, maar ik krijg ze gewoon niet naar buiten. En natuurlijk begint dan het gepieker. Wat zou Mo daarvan denken? Vindt ze me misschien hard, of vraagt ze zich af of ik er wel echt voor haar ben? En dan schiet de volgende gedachte alweer door mijn hoofd: wil ze überhaupt nog dat ik nog een keer langskom? Het is zo frustrerend hoe mijn eigen hoofd soms een compleet drama weet te maken van iets waarvan ik hoop dat Mo het gewoon begrijpt.
Kleine Momenten van Steun en Verbondenheid
Na mijn bezoek aan B. besloot ik samen met M. een rondje te lopen. Even de benen strekken en onze gedachten verzetten. Het was goed om buiten te zijn, even de spanning van het ziekenhuis te doorbreken. Maar tegelijkertijd was het ook moeilijk. Mo was erg verdrietig en angstig, wat natuurlijk heel begrijpelijk is gezien de situatie. En ik wilde er zo graag voor haar zijn.
Het is zo lastig voor mij om mijn emoties te tonen. Ik voel alles wel, maar tranen komen nooit. Ik kan wel huilen, maar dan alleen met geluid en gevoel—de tranen blijven uit. Het is iets wat ik me al herinner sinds ik een kind was. Geen idee waarom, maar het lijkt alsof mijn lichaam die uiting van verdriet niet toestaat. Het voelt vreemd en zelfs frustrerend. Ik zou willen dat het anders was, dat ik samen met M. zou kunnen huilen, maar dat lukt me gewoon niet.
Ik heb M. uiteindelijk verteld hoe moeilijk ik dit vind. Hoe graag ik haar zou willen steunen op de manier die zij nodig heeft, maar dat ik dat niet altijd kan, vooral als het om emoties gaat die ik zelf niet goed kan uiten. Ze begreep het gelukkig. Het was een moment van kwetsbaarheid, van eerlijk zijn over wat er van binnen gebeurt, ook al komt het niet altijd naar buiten.
Een Alcoholvrije Avond
Bij het diner werd het toch weer een beetje apart… Normaal gesproken drinken Mo en ik met gemak een fles wijn leeg als we samen uit eten gaan. Maar vandaag was natuurlijk anders. Ik wil echt volhouden om niet te drinken, en M. besloot gezellig mee te doen. Zij nam een alcoholvrij biertje, en ik koos voor een alcoholvrije Aperol Spritz. Het was een gekke ervaring om zo in een restaurant te zitten, zonder onze gebruikelijke glazen wijn. Zelfs de serveerster kon het niet laten om te lachen toen we haar vertelden dat dit voor ons écht ongewoon was. Het voelde ergens ook wel fijn—een soort symbolische stap om de dingen net even anders te doen. Maar het was ook even wennen. Een restaurant zonder wijn is voor ons toch bijna ondenkbaar!
Dankbaarheid voor Kleine Stapjes
De dagen na de eerste chemo waren als een wachtspel, gevuld met vragen die niemand hardop durfde te stellen. Zou B. zich goed blijven voelen? Zouden de bijwerkingen toeslaan? Er was geen zekerheid, alleen afwachten. Maar tot nu toe leek zijn lichaam de strijd goed aan te kunnen. Geen misselijkheid, geen uitputting. Gewoon B., zoals hij is.
Hier ben ik dankbaar voor. Dat B. tot nu toe niet ziek is. Elke dag zonder problemen is een stap vooruit, en dat is genoeg. En ook al voel ik me soms uitgeput en overweldigd door de situatie, de kleine momenten van vooruitgang en steun geven me iets om vast te houden. Voor M., voor B., en voor mezelf.
Het is nog een lange weg, maar door samen door deze tijd heen te navigeren, hopen we op betere dagen. Elke kleine stap, hoe onbeduidend hij ook lijkt, maakt een verschil. En dat is iets om dankbaar voor te zijn.
0 reacties